Black Mirrors

Het goede geluid van Black Mirrors en The Answer

Support act had beter de hoofdact moeten zijn ook gezien de geweldige impact van Marcella Di Troia

Maakt de Belgische belofte, Black Mirrors, de reputatie waar? En rocken de mannen van The Answer na 7 jaar stilte vandaag in Willem Twee Poppodium nog steeds? Met een geweldig geluid en een goed gevulde zaal wordt deze regenachtige zondagmiddag toch nog zeer de moeite waard. De laatkomers en thuisblijvers hebben ongelijk.

Black Mirrors

Deze slideshow vereist JavaScript.

Om klokslag 1530 trapt Black Mirrors af in een nog halfgevulde Willem Twee, misschien is het het weer, of de nog onbekendheid van Black Mirrors, de kenners hebben de naam al lang in het vizier en zullen de band kennen van hun EP-funky Queen en debuut Look Into The Black Mirror. Vandaag wordt hun laatste wapenfeit gepromoot, Tomorrow Will Be Without Us. Van dat laatste album komt openingsnummer Snake Oil dan ook en wat meteen opvalt is hoe goed het geluid is.

Black Mirrors
Marcella Di Troia – ©Brigitte Mulders

Zelden vanaf de opener zo’n goed geluid gehoord, en wat is de band live goed, de zangeres Marcella Di Troia heeft een geweldige stem en de performance mag ik er ook zijn, zeg. Ondanks dat de zaal nog niet vol is, gaat men er helemaal voor, en de uithaal van…. Aan het einde is kippenvel. Het volgende nummer wordt aangekondigd in het Nederlands, maar aangezien de band uit Brussel komt en dus Franstalig is, zal de rest in het Engels zijn.

Lost in Dessert is een erg catchy song met swingende hooks en bij Günther Kimmich van het debuut album is duidelijk dat Queen of the Stone Age een van hun invloeden is. Lekker! De bas bij Anthropocene heeft even wat weg van Muse maar gaat verder in de lekker Stoner uptempo song. Dan vraagt Marcella of iedereen naar voren komt om samen te slowen op Tears to Share, als dit niet geïnspireerd is door Wicked Game van Chris Isaak….. die gebruikte alleen geen whammy pedaal die drummer Paul Moreau wel gebruikt in een erg lekkere solo.

Black Mirrors
Black Mirrors – ©Brigitte Mulders

Lay My Burden Down is dan weer een bluesy nummer wat terug in de tijd gaat. Na Through the Eyes of a Giant is het helaas al weer tijd voor het laatste nummer Burning Warrior. En wat een geweldig einde met lekker gitaarwerk en werkend naar een climax toe met bijpassende stroboscoop effecten. Hier had ik wel meer van willen horen. Black Mirrors is een goed ingespeelde female fronted live band met een geweldige zangeres en muzikaal klopt het. Als ze weer in de buurt zijn zeker kijken en luisteren!

The Answer

The Answer
The Answer – ©Brigitte Mulders

Na een korte ombouw is het tijd voor The Answer, na een soort van intro van de song Blowin’ in the Wind van Bob Dylan, trapt de band af met Keep Believing. Een oudje en weer valt het geweldige geluid op. Complimenten voor de sound, guys (en de set van Willem Twee natuurlijk). Daarna volgt Blood Brother de eerste single van het net uitgekomen album Sundowners. Tonight is dan weer van Every Day Demons uit 2010, gevolgd door de kersverse single Oh Cherry.

The Answer
Willem Twee matinee – ©Brigitte Mulders

Under the Sky is weer wat ouder namelijk uit 2006 het jaar waarin The Answer support was van Deep Purple. De band heeft sowieso vette supports gedaan onder andere Whitesnake, Paul Rodgers, Aerosmith, The Rolling Stones en zelfs twee jaar als support voor AC/DC. Ook Jimmy Page – Led Zeppelin –  schijnt fan te zijn. Ik kan me die supports voorstellen want The Answer luistert lekker weg, heerlijk op de achtergrond. Ik betrap mijzelf ook op enige afleiding, de aandachtsboog blijft niet gespannen. Het is allemaal super professioneel.

The Answer
Cormac Neeson – ©Brigitte Mulders

Cormac Neeson is een geweldige zanger, de muzikanten zijn uiterst kundig en met name gitarist Paul Mahon blinkt uit met zijn zeer goede spel. Toch mis ik het authentieke en lijkt het alsof het allemaal al eens voorbij is gekomen. Je hoort de bands waarmee ze gespeeld hebben zeker terug en een band als The Black Crowes komt ook regelmatig in mij op.

Het nieuwe album wordt wel bijna helemaal gespeeld en voor Livin’ On The Line wordt er op zijn Iers geproost. Slainte! De band komt per slot van rekening uit Ierland en eindigt met Preachin’ van debuut Rise.

Een lekker optreden maar voor mij is Black Mirrors de winnaar van vandaag en zie ik graag als hoofdact de volgende keer in Willem Twee. Ik zeg, check hun nieuwe album en ga het met eigen oren en ogen aanschouwen.



Fotografie: Brigitte Mulders

BLACK MIRRORS
The Answer rock

DeWolff

Bij DeWolff staan menselijkheid en ziel centraal

Willem Twee nog echte rock podium

Vorig jaar rond dezelfde tijd, stond DeWolff tijdens haar tienjarig bestaan op hetzelfde podium als vanavond. Opnieuw staat DeWolff in de grote zaal van Willem Twee poppodium, met inmiddels een nieuw uitgebracht album met de naam Thrust. Vooraf mocht ik de mannen interviewen in de Hangop, het café van het poppodium.

KLANKGAT: Sinds 2007 zijn jullie samen als DeWolff, dat is nu al bijna twaalf jaar. Wat denken jullie dat het succes is achter nog steeds samen zijn?
Robin Piso: Lief zijn voor elkaar, en de Kerstgedachte.
Pablo van de Poel: Grenzen verleggen, dat je altijd blijft zoeken naar beter, strakker. En vooral ook niet in één plaat of genre blijven hangen, maar ook altijd nieuwe muziek luisteren en de muziek maken die je zelf vet vindt. En altijd blijven evalueren.
Robin: Gewoon jezelf zijn.

Evalueren jullie de show van vanavond ook meteen?
Pablo: Het coole aan vanavond is, Willem Twee neemt altijd de show op, die concertregistratie is ook met video. Dan kunnen we dat terugkijken en weten we ook weer van ‘Oh hoe ziet dat er ook alweer uit?’ en kunnen we het hele concert terugluisteren. Eigenlijk altijd als we het podium afkomen is het meteen van ‘Oh ja, nice wat gebeurde daar?’ en ‘Dit was misschien niet zo cool’. We reflecteren altijd wel ja, maar dat gaat eigenlijk vanzelf.

DeWolff
Thrust

Dit jaar is ‘Thrust’ uitgekomen, het nieuwe album. Hoe blikken jullie terug op het proces van schrijven, opnemen en mixen?
Pablo: Het duurde heel lang die plaat, en dan vooral het opnemen. Eigenlijk elke keer dat we afspraken kwam er wel een nummer uit qua schrijven. We waren heel kritisch op de productie waardoor het opnemen zo lang duurde. Het was ook zo van ‘Oh beter spelen we dit niet in de live-take, want dat moet dan later ingespeeld worden met precies die en die sound’. Soms waren we ook wel te ingezoomd op iets, waardoor dingen langer duurden dan nodig. We waren bijvoorbeeld een keer een hele dag bezig met een intro. Maar we hebben alles in onze eigen studio kunnen doen wat wel echt heel fijn was.
Robin: Vrienden van ons hebben ook een band en repeteren daar ook, en op een gegeven moment kwamen we de studio binnen, en toen hadden zij hem helemaal opgeruimd. Met de tijd verzamel je allemaal spullen en heeft niks echt een vaste plek, en toen was het opeens zo van ‘Wow eigenlijk is de studio echt groot.’ Dat was heel fijn.

Hoe belangrijk is het voor jullie om die eigen plek te hebben?
Robin: Heel belangrijk. Daarvoor woonden we ook allemaal in verschillende steden en moesten we echt een weekend vrij hebben om af te spreken en dingen te maken en demo’s op te nemen. Daar zat dan heel veel druk achter. We moesten in die twee dagen dan ook echt iets maken. Toen ik uiteindelijk in die kelder ging wonen, waar ook de ruimte voor de studio was, woonde we allemaal in Utrecht en konden we veel makkelijker afspreken, zo gebeurde er dus ook meer dan wanneer het moest zeg maar.

DeWolff
Pablo van de Poel – foto Janne Timmermans

Vorig jaar rond het tienjarig bestaan speelden jullie ook hier. Hoe zien jullie Den Bosch als stad om muziek te komen spelen?
Pablo: Ik vind het altijd heel vet om hier te spelen. Toen we net binnen liepen zei ik toevallig nog: ‘Het voelt een beetje als een Duitse zaal’. Daarmee bedoel ik dat het wat minder clean is dan de meeste Nederlandse zalen. Het is iets meer rock ’n roll of zo, op een goeie manier. Je speelt vaak in zalen in Nederland die dan in een nieuw gebouw zijn, speciaal gemaakt voor popmuziek. Het is daar dan altijd heel clean en super goed geregeld, maar misschien iets te goed. Dat is hier niet, dus dat is wel cool.

Wat is voor jullie essentieel in muziek zelf? Wat moet er écht in zitten?
Robin
: Ziel, menselijke ziel. Wat tegenwoordig helaas ook gebeurt, is dat er wetenschappers en computers bij komen kijken,die dan berekenen welke melodieën het meest effectief zijn op de radio, zodat zoveel mogelijk luisteraars worden bereikt. Op basis daarvan wordt er dan een nummer gemaakt. In tegenstelling tot dat je een nummer maakt, wat dan echt uit jou komt. En in elk genre kunnen die computertechnieken worden toegepast, maar dat is voor mij dan geen muziek meer.
Pablo: Menselijkheid, als dat erin zit, dan is het een echt iets. Dat is de basis van kunst. Je kunt ook een robot een schilderij laten maken, maar kunst is menselijke gevoelens, of een soort state of mind omzetten in iets tastbaars.

DeWolff
Luka van de Poel – foto Janne Timmermans

Wat is voor jullie de mooiste ervaring aan muziek maken tot nu?
Pablo
: Of het dé mooiste ervaring is, durf ik niet te zeggen, maar laatst speelden we in Madrid in een uitverkochte zaal, wat sowieso al vet was, maar er was zo’n insane vette vibe de hele tijd in die show. Mensen gingen zo uit hun dak.
Robin: En vooraan, stond zo’n grote stoere Spaanse gast en op een gegeven moment speelde Pablo een solo en hij stond toen huilend toe te kijken, zo vet vond hij het, dat was wel echt bijzonder. Ik heb ook een keer gehad dat er een meisje het podium opkwam na een orgelsolo, en ze zei dat ze me wilde zoenen. Dat is misschien minder bijzonder dan dat er iemand staat te huilen, volgens mij was zij ook vol aan de drugs, maar hee ik heb wel getongd op het podium haha. Maar het betekent wel dat iets aankomt of zo.

Pablo: Er was ook een keer een show in Rusland, en een Rus uit de band die voor ons speelde, vond een gitaarsolo zo vet dat hij zich ging opdrukken.
Luka van de Poel: Dat je op het podium staat, en dat alles gewoon samenkomt. Het muzikantschap, het publiek, het licht, het geluid, de sfeer, dat vind ik wel één van de mooiste dingen. Dat alles gewoon klopt. Dat al die factoren perfect energie worden.

DeWolff
Robin Piso – foto Marcel Bruinshoofd

Welke nummers van jullie zelf zijn jullie persoonlijke favorieten?
Robin: Misschien niet per se mijn favoriete nummer, maar Tired Of Loving You heeft heel veel ruimte voor solo’s, daar kan ik dan bij het terugluisteren ook echt mijn groei in zien in de solo’s. Dus dat is dan meer een live ding.

Luka: Ik vind Double Crossing Man wel heel vet. Het is gewoon opzwepend en ik zie dat mensen er blij van worden of zo. En ik vind het wel stoer dat Pablo en ik dan samen de leadpartijen zingen, ik vind het ook heel leuk om te spelen door het drummen en zingen tegelijk.
Pablo: Leather God, nee nee dat is een grapje.’

Maar die is hartstikke vet!
Pablo: Wow ken je Leather God? Ik had niet verwacht dat iemand die zou luisteren en dan ook zou onthouden hoe die ging. Maar Outta Step & Ill At Ease is wel mijn favoriet. Dat nummer was voor mij een soort nieuw hoofdstuk, omdat het me toen wél lukte om mijn emotie van dat moment om te zetten in tekst en muziek.

DeWolff
DeWolff – foto Marcel Bruinshoofd

Om welke titels hebben jullie het meest gelachen, die het bijvoorbeeld niet zijn geworden als naam van het album of een nummer?
Pablo
: Bij het bedenken van albumtitels lachen we altijd wel veel, we moeten eerst echt door een hele berg stront heen voordat we iets fatsoenlijks hebben. Vooral omdat je dan ook meteen de hoes erbij ziet is dat wel lachen.
Robin: Dat is wel echt het leukste, die duizend titels die dan langskomen. Thrust had bijna ‘Woof!‘ Geheten. Voor ‘Dance Of The Buffalo’ hadden we ook ‘Dance Of The Cavia’, ‘Dance Of The Kangaroo’, dat soort dingen.
Luka: Pablo verzint ook altijd van die bizarre werktitels voor demo’s.. ‘Knurft Boogie’.
Pablo: Haha ‘Knurft Boogie’ die is mooi. Wat is dat uiteindelijk ook al weer geworden?
Luka: Is dat niet Satilla geworden?
Pablo: We hebben ook een cassette release, daarvan hadden we bijna alle werktitels gebruikt als uiteindelijke titel. ‘Hand Me my X-Ray Glasses. Als iemand me zou vragen om zo’n nummer te spelen zou ik ook echt niet meer weten hoe het gaat.
Luka: Ik heb hier een mailtje met ‘Hallo dames, hierbij de opnames van de twee nieuwe nummers van de repetitie met de titels ‘Wasabi Wizard’ en ‘Baboon The Electric Pirate’’ haha. En ‘Zurple Zurple Holy Wurple’ Dat nummer hebben we uiteindelijk ook uitgebracht.

DeWolff
Pablo live in Willem Twee – foto Marcel Bruinshoofd

Je Firebird gitaar is haast niet weg te denken als je het plaatje ‘DeWolff’ of ‘Pablo van de Poel’ voor je ziet. Hoe belangrijk is de band met je gitaar?
Pablo
: Ik ben eigenlijk gegaan van heel belangrijk naar ‘gewoon een gitaar, een versterker, en dan lukt het ook wel. Maar ik merk toch weer dat de gitaar steeds belangrijker voor me is geworden, want 80 procent van wat je straks tijdens de show hoort, kom toch uit die gitaar. En een gitaar heb je vast en de knoppen zitten op plekken die je kent. Ja, die gitaar is toch wel echt belangrijk voor me geworden, die Sunburst Firebird is echt onvervangbaar. Een oneindig grote waarde. Ik heb hem nu acht jaar of zo.
Luka: Je band met je instrument is wel echt belangrijk, ik heb dat ook met die Slingerland kit die ik nu heb, die zou ik voor geen geld verkopen. Die moet gewoon altijd bij me blijven die kit. Het heeft een emotionele waarde waar geen geld tegenop kan.

Wat is het mooiste moment dat je met die kit gedeeld hebt?
Luka
: Toen we samen naakt in bed lagen en baby Slingerlandjes maakten haha.
Pablo: We zeggen ook altijd dat als je iets laat slingeren, dat het dan naar Slingerland gaat.

Tot slot nog een paar korte vragen. Wat is je favoriete orgelsolo, Robin?
Robin
: Alles van Cory Henry. Alles wat hij speelt is één grote solo, het is zo ziek.

DeWolff
Luka van de Poel – foto Janne Timmermans

Wat is je favoriete drumsolo, Luka?
Luka
: Dan toch wel de drumsolo uit Moby Dick, van John Bonham (Led Zeppelin, red.). Ik weet nog wel in de repetitieruimte toen hadden we een scherm en een beamer, en dan ging ik die video met die drumsolo daarop projecteren en had ik mijn kit zo gezet dat ik het kon zien, en dan ging ik die proberen na te spelen.Ik heb eigenlijk een hele tijd geen Led Zeppelin meer geluisterd, tot toevallig laatst. Toen had ik die drumsolo weer eens gekeken en raakte ik weer geïnspireerd. Sinds toen vond ik het ook weer veel leuker om drumsolo’s te spelen. Als favoriete drummer, toch wel Levon Helm, van The Band. Hij en John Bonham liggen echt mijlenver uit elkaar wel. Ik hoop ergens in het midden uit te komen qua stijl.
Robin: Als zij een kindje maken, dan wil jij die zijn.

DeWolff
Robin en Pablo – foto Marcel Bruinshoofd

Pablo, je raadt het al?
Pablo: Oeh, gitaarsolo’s, moeilijk, dat zijn er zoveel.
Robin: Derek Trucks.
Pablo: Ja, Derek Trucks kan me echt aan het janken maken met zijn solo’s. En altijd als ik Ritchie Blackmore hoor spelen, vind ik het zó cool. Je hoort gewoon echt dat hij geen fuck geeft en fucking goed is en dat-ie allemaal rare shit doet, dat vind ik heel cool. Eric Clapton bij John Mayall & The Bluesbreakers, alles op die plaat is ook bijna solo, eigenlijk alleen maar lead. En nog heel veel andere dingen vind ik vet.


Foto’s: Janne Timmermans en Marcel Bruinshoofd met dank aan Willem Twee poppodium
Screenshot van DeWolff – W2, Den Bosch video promotie tour
Meer foto’s zien? Ga naar Willem Twee Media-archief

Alternator stoner/desertrock met hart en ziel

Nieuwe Bossche band kent geen plankenkoorts

Rockband Alternator uit Den Bosch trad donderdag 4 oktober voor de eerste keer op en wel in World Skate Center (WSC), maar van plankenkoorts leek geen sprake. Integendeel, de vijf mannen waren goed op elkaar ingespeeld en zagen er zelfverzekerd uit.  Van haperingen in hun show was geen sprake, de bandleden wisten elkaar goed te vinden. Alternator rocks.

Alternator: het gaat goed met de Bossche muziekscene

Alternator bestaat uit:

  • Eelco Hendriks – gitaar
  • Mark van Noort – zang
  • Maarten Jansen – drums
  • Lennart Odijk – gitaar
  • Stijn de Wijs – bas
Alternator
Alternator in WSC

De band werd zo’n anderhalf jaar geleden opgericht door Mark en Eelco en kreeg in 2018 de naam Alternator. Bands als Kyuss, QOTSA, Pink Floyd, Truckfighters, Alice in Chains, Led Zeppelin zijn hun inspiratiebronnen. Het optreden duurde drie kwartier, genoeg om een indruk te krijgen van de geweldige potentie van deze nieuwe band. Het is wederom een teken dat het goed gaat met de Bossche muziekscene,

KLANGAT: Niet een beetje nerveus geweest voor zo’n eerste optreden?
Mark van Noort: Nee, ik was niet nerveus maar voelde wel een gezonde spanning. Dat hoort erbij vooral bij zo’n eerste show. Ik had het naar mijn zin.

Omschrijf de band want hij is nieuw.
De band Alternator is door Eelco Hendriks en mij gestart. Met z’n tweeën schrijven we al een aantal jaren muziek. Op een gegeven moment hadden we genoeg materiaal en zochten we er een band bij. Binnen anderhalf jaar voltrok zich dat proces. En nu we eindelijk een band hebben, vonden we dat we de repetitieruimte uit moesten en dit hier vanavond is het resultaat daarvan.

Deze slideshow vereist JavaScript.

Jullie hebben anderhalf jaar gerepeteerd?
Nou ja, we waren een band aan het vormen. Eerst kwam de drummer erbij, toen kwam de andere gitarist, Lennart Odijk is dat. En uiteindelijk vonden we gelukkig ook nog een bassist want dat was het moeilijkste van alles. Dat is Stijn de Wijs en die zit er pas een half jaartje bij. Toen konden we ook meer vooruit gaan denken aan shows en opnames.

Jij en Eelco schrijven hoofdzakelijk de nummers?
In eerste instantie wel. Nu is Alternator een volwaardige band en schrijven we allemaal mee. De nummers die we vanavond speelden, op een nummer na, die hebben Eelco en ik geschreven.

Ik vind Alternator een stevige, mannelijke sound hebben mét gevoel voor melodie.
Zeker, zeker. Dat vind ik ook heel belangrijk. Wij zitten ergens tussen Pink Floyd en Queens Of The Stone Age. We hebben soundscape-achtige stukjes, veelal de intro’s. Dan de nummers verder zijn nogal stevig en die zou je kunnen omschrijven als Stoner- of Desertrock, als je het in een hokje wil zetten. Ik vind zelf dat Alternator moeilijk te plaatsen is in een specifiek hokje, maar dat is het waar het op neerkomt, waar wij tussenin schipperen.


Alternator is op Soundcloud te beluisteren.

Physical Graffiti laat jeugdherinneringen herleven

Deze Nep Zeppelin is Net Zeppelin

De grote zaal van de W2 staat rond half negen al flink vol, ruim voordat het optreden van Physical Graffiti begint. De Led Zeppelin-covergroep tourt door Europa ter ere van het 50-jarig bestaan van de band die ze inspireerde om zelf de bühne op te klimmen. Vrijdag 2 februari is het de beurt aan de W2. Ondertussen speelt Physical Graffiti al ruim vijftien jaar de nummers van Led Zeppelin, een van de bekendste rockbands ter wereld.

Physical Graffiti

Het is duidelijk dat het publiek zin heeft om de nummers te horen: er is geen voorprogramma, maar toch blijft iedereen rusteloos in de zaal staan, wachtend op de muzikanten. Aan de vele grijze haren te zien is Led Zeppelin voor het merendeel van het publiek een herinnering aan hun jeugd in de jaren ’60 en ’70 die het verdient om herleefd te worden.

Het optreden
Keurig op tijd verschijnen de bandleden op een donker podium, een enthousiast geroep stijgt op uit het publiek en terwijl de lichten aangaan wordt Good Times Bad Times ingezet. De aanwezigheid van videocamera’s van de W2 belooft dat het concert de moeite waard gaat worden. Ook het podium ramvol Fender is een hint. Op het podium zien we niet vier, maar vijf heren die de kleren, de uitstraling en zelfs enigszins het uiterlijk hebben van de originele leden. Ook het lange wavy haar mist niet.

Wie goed kijkt, ziet dat de drummer een stok laat vallen. Even komt het schrikbeeld naar boven dat dit een knullige coverband gaat zijn, waarin niemand naar elkaar luistert en met een zanger die de nummers probeert te zingen met een onhandig Nederlands accent. Gelukkig blijkt het tegenovergestelde waar te zijn. De heren op het podium zijn compleet op elkaar ingespeeld. Ze kennen de nummers door en door en klappen foutloos mee wanneer ze accenten willen leggen op bepaalde tonen.

Deze slideshow vereist JavaScript.

Het tweede nummer, Ramble On, is ook een kortje naar de maatstaven van Zeppelin. Het valt op hoe goed de stem van zanger Andrew Elt (bekend van Gin on the Rocks en Sleeze Beez) is. De Welsh-Nederlandse Elt zingt krachtig en heeft geen moeite met de hoge noten, het doet echt denken aan Robert Plant. Er klinkt dan ook een vol applaus na het nummer.

De selectie aan nummer die vanavond gespeeld wordt, is met zorg uitgezocht. Ieder lied heeft iets bijzonders. Zo speelt Elt bij When the Levee Breaks mondharmonica, gitarist Daniel Verberk gaat zijn gitaar te lijf met een strijkstok in Dazed and Confused en drummer Jan Gabriel geeft regelmatig een tik tegen de gong die op het podium staat.

Verder worden Black Dog, Misty Mountain Hop, How Many More Times en Since I’ve Been Loving You gespeeld. Tijdens No Quarter speelt Elt luchtgitaar en bewijst toetsenist Remco van Zandvoort het nut van een vijfde bandlid. In veel van de gespeelde nummers zitten solo’s maar op niet één solo wordt zoveel nadruk gelegd als die van drummer Gabriel in Moby Dick. Hij is de enige op het podium, de rest komt pas weer op aan het eind van het lied. Bassist Dave Harrold is een rustige verschijning, in tegenstelling tot de zanger en gitarist die veel sterker het rockers-aura uitdragen. Toch zijn de baslijnen van Harrold allesbepalend voor de klank van de muziek: hard en demonisch of trippy en groovend.

De band heeft veel moeite gedaan om de sound van Led Zeppelin zo goed mogelijk te benaderen. Van de eerdergenoemde instrumenten op de stage tot het gebruik van zo veel mogelijk dezelfde gear als ‘het origineel’. In Stairway To Heaven wordt de beroemde gitaar met dubbele hals tevoorschijn getoverd. Voor de gitarist is dit absoluut een meesterproef, doordat de bovenste hals twaalf snaren heeft is het geluid moeilijk zuiver te krijgen. Aan het eind blijkt dat Verberk absoluut geslaagd is.

Physical Graffiti laat jeugdherinneringen herleven
Enthousiast publiek

In het laatste nummer Immigrant Song (Aaaaaaaaaaa ah!) wordt wederom bewezen dat solo’s niet gedoseerd hoeven worden. We krijgen er gewoon nog een. Het publiek klapt wanneer de bandleden van het podium af gaan. Uiteraard komt er een toegift, de instrumenten staan nog aan.

Toegift

Bij Rock and Roll krijgt het publiek nog even de kans om zijn enthousiasme te laten horen. Iedereen zingt keihard mee: “Lonely, lonely, lonely, lonely, lonely!” Na een geweldige Kashmir is het gefluit en gejoel haast even hard als de muziek, en dat zegt wat. Iedereen mist nog een nummer en is niet van plan te gaan zonder het gehoord te hebben. De zanger stelt iedereen van de band, de techniek en het licht voor en ontvangt een groot applaus. Het concert heeft duidelijk indruk gemaakt. Eindelijk wordt dan Whole Lotta Love ingezet, inclusief theremin.

Physical Graffiti laat jeugdherinneringen herleven
Deze Nep Zeppelin is Net Zeppelin

Foto’s: Ellen van Lent

Deze maand treden de heren onder andere nog op in:
– Leeuwarden, Neushoorn, 10 februari
– Amsterdam, Q-Factory, 16 februari
– Goes, T Beest, 17 februari