… tenminste, dat was de bedoeling. Alternator zegde hun optreden in het Warm Onthaal helaas af wegens corona bij één van de bandleden. Dus zondag 22 januari geven twee bands acte de présence: The MoodSystem en Five 4 A Fool.
The MoodSystem & Five 4 A Fool

Opener The MoodSystem, met eigen backdrop, trapt af. Met collega- recensent Edwin op bas, een drummer en gitarist die we later terug zien in Five 4 A Fool, en een zanger- gitarist, spelen ze eigen nummers. Rock, waarin met name bij de zang wat jaren ’80- hardrockinvloeden zijn te horen. Maar dat hoor ik een week later pas.
Het geluid ‘beneden’ bij de bar in het Warm Onthaal is niet erg goed te noemen. Het is ook niet makkelijk, want zoals een geluidstechnicus me ooit uitlegde, mensen zijn zakken water. Alle trilling wordt geabsorbeerd.
Pas halverwege het optreden van Five 4 A Fool vind ik een plekje waar het geluid wel prima is. Dat het af en toe wat manoeuvreren op het trapje is door mensen die naar en van de bar bewegen, doet aan de show van Five 4 A Fool niks af. Met name zanger Johan, ook schrijvert voor KLANKGAT, is energiek en dynamisch. Zijn energie komt hier vanaf het trapje in ieder geval goed uit de verf en tilt de band effe een tandje hoger.

De aanwezigheid van Johans zussen maakt het aan één van hen opgedragen ‘Sister’ tot een zeer overtuigend en meeslepend eerbetoon. Muziek is emotie, en dat is hier duidelijk voelbaar. Dat de drummer een enkel tikje mist is muggenzifterij van mijn kant, en snel vergeven. Dit is tenslotte zijn tweede set van de middag.
Als ik aan het eind van de middag hoor dat deze bands een week later weer zullen spelen, is het niet meer dan logisch om hier ook te gaan kijken. Zo heb ik de kans om MoodSystem nog een keer te horen en hopelijk met beter geluid.
MoodSystem – Five 4 A Fool – Alternator
Ook zaterdagavond de 28e mag The MoodSystem de spits afbijten. Niet geplaagd door slecht zaalgeluid, maken de vier heren bij mij een betere indruk dan een week ervoor. Hun eigen nummers zijn wat lastig te plaatsen. Vaak lang en complex, weinig recht toe recht aan- werk, maar eigenzinnig en boeiend. Zoals al gezegd, neigt de zang bij de hoge uithalen van de hardrock van een decennium of vier terug. Ik heb af en toe het gevoel dat ze iets te veel ideeën in één nummer willen stoppen, wat het geheel wat rommelig maakt.

Als drummer en gitarist weer op adem zijn kan Five 4 A Fool beginnen. Ze spelen een soort grunge- achtige rock, waarbij met name de lange uithalen van de zanger erg bepalend zijn voor het bandgeluid. Dat er in zo’n klein mannetje zo’n longinhoud schuilt… (knipoog). Door de beweeglijkheid van, weer, de zanger wordt het visueel ook niet saai. Bevlogen is het juiste woord. De partijen van de gitarist komen hier goed door, beter dan in The MoodSystem waar hij wat in de schaduw stond van de ‘eerste’ gitarist. Al met al een goed optreden wat ook door het publiek goed ontvangen wordt.
Slepende nummers

Het is intussen al behoorlijk dringen in de zaal als afsluiter Alternator hun set begint. Wat als eerste opvalt, is het wat strakkere drumgeluid. Maar logisch, Alternator heeft z’n eigen snare meegenomen. Wat als tweede opvalt, wat een enorme muur van gitaar deze mannen optrekken. Je kan er bijna tegenin gaan hangen. Dat dat fysiek niet kan, blijkt als ik omgeduwd door een onverwachte moshpit, languit naast het podium lig. Maar soepel als ik ben (kuch), hou ik er niks meer aan over dan een deukje. In m’n zelfvertrouwen.
Moshpit

Die moshpit barst los tijdens een vrij snel nummer van Alternator. Vrij onkarakteristiek, want de rest van de set spelen ze stoner wat stoner maakt: trage, slepende nummers, goed dik aangezet met twee gitaren, en een moddervette bas die er heerlijk tussendoor dwaalt. En mooi, die snare die er hoog tussendoor te horen is. Maar misschien nog belangrijker, Alternator zet een groove neer. Waardoor je als vanzelf met je hoofd op het ritme mee gaat deinen.
Aan muzikale variatie geen gebrek, de nummers boeien van begin tot eind. De zanger eet waarschijnlijk ’s ochtends schuurpapier door zijn Brinta, wat zijn stem een rauw, raspend geluid geeft, wat goed contrasteert met het volle, organische geluid van de instrumenten. De manier van zingen is misschien iets te hoekig, maar dat is een kwestie van smaak. Graag zou ik Alternator binnenkort weer ergens zien spelen.