Niels Duffhues

Niels Duffhues begint altijd met de tekst

In zijn eentje terug waar het ooit begonnen is

Bij mijn eerste kennismaking met de artiest Niels Duffhues wist ik niet waar ik terechtgekomen was. Hij gaf een optreden in de Willem Twee waar mij meteen het filmdoek opviel dat het publiek meezoog in een zwart-wit roadmovie waarvan hij de soundtrack live inspeelde. Het had iets betoverends, maar tegelijk kreeg je het gevoel dat achter die grauwe beelden een plot zou kunnen zitten dat net zo gelaagd zou zijn als de begeleidende muziek. Met die show gaf Niels ook meteen zijn visitekaartje af. Voor hem geen hapklare stukken of radiovriendelijke songwriter hits, maar muzikale, haast verhalende landschappen waar hij je als gids doorheen laat reizen.

Zaterdag 17 november staat hij in Brouwerscafe de Vaart samen met Donnerwetter ihkv Ongefilterd. Na een radiostilte van 4 jaar komt hij terug met een nieuw album, The Village, waarvan hij een deel zal spelen. Klankgat interviewde hem over zijn laatste werk

Niels Duffhues
Niels Duffhues – foto: Wim Voets

KLANKGAT: Alweer vier jaar sinds je vorige album, wat heb je in de tussentijd gedaan?
Niels Duffhues: Vijf jaar bijna zelfs, want het vorige album There’s a storm coming kwam uit in januari 2014. Ik presenteerde dat destijds bij The Blue Room Sessions in Verkadefabriek. Dat is ook de laatste keer geweest dat ik solo met songs heb opgetreden in Den Bosch.

In de tussentijd ben ik met verschillende dingen bezig geweest, zoals het rondreizende experimentele muzieklaboratorium The Flipside Paradox, dat ik samen met Luk Sponselee organiseerde, en waarmee we flink wat optredens hebben gedaan in Nederland en Vlaanderen. Ook hebben we in die tijd twee albums gemaakt en uitgebracht.

Ook was ik kunstfilms aan het maken, wat ik sinds 2009 doe, daarmee exposeren (o.a. eerder bij SM’s en in 2019 bij Cacaofabriek in Helmond) en filmconcerten aan het geven in Nederland en daarbuiten. Ik geef met regelmaat filmconcerten met mijn kunstfilms, waarbij ik de muziek live bij de films speel, zoals afgelopen zondag nog bij het Noordelijk Filmfestival in Leeuwarden. Ik doe dit onder de naam Niels Duffhues’ Fable Dust. Af en toe breng ik iets uit, zoals eerder dit jaar een cassette met filmdownload.

Waar haalde je dit keer de inspiratie vandaan?
Het idee voor het mini-album, als een conceptalbum, stamt al uit 2014. Ik had indertijd al wat songs geschreven en wat opgenomen, maar ben eind 2014 gestopt als singer-songwriter en was even klaar met songwriting, touren en albums maken. Ik heb sinds eind jaren negentig meer dan 160 songs geschreven, acht albums gemaakt en honderden optredens gedaan. Ik wilde een tijdje iets anders gaan doen. Toen ik er weer zin in had en weer wilde optreden en iets uitbrengen, heb ik wat er lag weer opgepakt en ben verder gegaan vanaf waar ik was gestopt.

Niels Duffhues
Niels Duffhues – foto: Wim Voets

Heb je hulp gehad of was het weer meer een eenmansproject?
Met het schrijven, opnemen, mixen enzo heb ik geen hulp gehad. Ik wilde dat allemaal in mijn eentje doen en wilde zo als het ware terug naar hoe ik ooit begonnen ben: met één microfoon in een ruimte en zelf opnemen, mixen, etc. Daarom komt het album ook als cassette uit, zo ben ik ooit begonnen en cassettes zijn gaaf. De digitale tracks op Bandcamp zijn ook vanaf cassette opgenomen, zodat de tracks dat randje hebben. Iedereen kan een plaat opnemen, dat stelt weinig voor, dus waarom dan niet gewoon doen waar je zin in hebt. Het artwork voor het album is gemaakt door Nikki Nijsten, die kan tenminste tekenen en het resultaat vind ik mooi. Ik had ook geen zin om een albumpresentatie te organiseren en daarom speel ik zaterdag de support van een band die ik gewoon leuk vind.

Wat gaat er schuil achter de titel van je nieuwe album?
De titel The Village slaat op het dorpje waar de songs zich afspelen. Er zijn diverse personages en er is een mysterieuze moord gepleegd. De songs vertellen één en ander, maar niet in chronologische volgorde, er is geen duidelijk verhaal en er is geen plot. Een beetje zoals ik ook films maak.

Niels Duffhuess
Niels Duffhues – foto: Wim Voets

In recensies wordt je neergezet als iemand unieks, zijn er artiesten waarmee we jou kunnen vergelijken?
Ik houd er niet van vergeleken te worden, maar het is inderdaad zo dat in recensies en artikelen altijd dezelfde woorden vallen, zoals ‘uniek’, ‘eigenzinnig’, ‘ongrijpbaar’. Wat ik doe is in zoverre uniek dat ik verschillende dingen doe: schrijven, muziek maken, filmmaken, en dat vaak verbind en combineer tot iets wat herkenbaar is als van mij. Het is ook zo dat mijn werk op verschillende plekken te aanschouwen is: op muziekpodia en festivals, bij exposities, filmfestivals, op bijzondere locaties en meer. Mijn werk beweegt zich daadwerkelijk door verschillende kunstwerelden heen en dat zie je niet zo vaak.

Bijna alles wat ik doe begint met schrijven en ik ben ook erg geïnteresseerd in het auteurschap. Bij het schrijven van songs begin ik altijd met de tekst, daarna de muziek en zo is het ook vaak met de films die ik maak. Ik begin dan met het schrijven van poëzie, korte verhalen en andere teksten, en van daaruit ga ik filmen en muziek componeren. Het enige dat daar in de afgelopen jaren van afweek waren de concerten met The Flipside Paradox, maar dat was ook de bedoeling: ergens elkaar ontmoeten, soundchecken en spelen; geen composities, geen repetities, alleen vrij muziek maken. Een werkelijke verademing vergeleken met de doorgaans geestdodende praktijk van de popmuziek.

Niels Duffhues
Niels Duffhues – foto: Wim Voets

Of artiesten die jou inspireren?
Die zijn er zeker. Ik luister zelden naar pop/rockmuziek, maar wel vaker naar wat men onder wereld- en volksmuziek schaart, zoals flamenco (met name de oudere generatie zangers, zoals Camaron, Caracol, El Chocolate, Afrikaanse muziek (veel Touareg en aanverwanten) en de laatste tijd luister ik veel naar rebetika (Griekse muziek, red.). Er moet van mij melancholie inzitten, het blues gevoel, dat vind ik interessant en raakt me.

Ik lees veel en er zijn schrijvers die me inspireren, zoals de poëzie van Lorca en Tjebbe Hettinga, de romans van Marcel Möring, Marquez, Màrai (ook schrijvers wiens achternaam niet met een M begint), om er wat te noemen. Filmmakers als Tarr, Kieslowski, Tarkovsky Kaurismaki en multikunstenaar Armando. Maar ook bijvoorbeeld de Vlaming Rudy Trouvé heb ik hoog zitten; die muziek maakt, schildert en meer. Ik houd wel van het autonome perspectief van de éénling en het moet natuurlijk niet allemaal blij en vrolijk zijn hè, maar dat is ondertussen toch wel duidelijk mag ik hopen.


Foto’s Niels Duffhues: Wim Voets

George Kush

George Kush Trio hip hop geflambeerd met flamenco

Jong publiek reageert enthousiast op dansbare muziek van de band en stonden de voorste rijen niet stil

Het George Kush Trio trad donderdag 26 oktober in de Willem Twee toonzaal op met vier man. Als dj Jordi ook was gekomen, dan zou de band het George Kush quintet hebben moeten heten. Het wordt nu, zonder dj, een akoestische set met zang, twee gitaren en een cajón.

George Kush trio

George Kush trio
George Kush trio in de Toonzaal

Joris Branderhorst aka George Kush (zang)
Jurijn Branderhorst (gitaar en zang)
Koen Klijsen (cajón)
Wout van der Sanden (gitaar en zang)

Kampvuur

George Kush
Joris Branderhorst aka George Kush

Het verhaal gaat dat het George Kush Trio rondom een kampvuur is ontstaan. De rap van Joris en de flamenco uit Jurijns gitaar smolten samen in dat vuur. Die symbiose en dat kampvuur gevoel brachten ze mee naar de foyer van Willem Twee concertzaal.

De hip hop van George wordt ondersteund door de backing vocals van zijn drie kompanen. Af en toe wordt de leadvocal van George overgenomen zoals bij een nummer over bommen op Irak dat door Wout van der Sanden wordt gezongen.

George Kush
jong publiek

Het publiek is jong en reageert enthousiast op de muziek van de band en de teksten van frontman George Kush. Bij de dansbare nummers staan de voorste rijen dan ook niet stil. In de pauze is er even tijd voor een kort interview.

KLANKGAT: Sommige van jullie nummers zijn duidelijk beïnvloed door Spaanse muziek, gitano. En daar komt Nederlandstalige hip hop over heen. Hoe is dat zo ontstaan?
George Kush: Als producer maakte ik alleen instrumentale muziek en ik vroeg Jurijn of hij stukken gitaar wilde toevoegen aan mijn beats. Wij zijn een dag de studio ingedoken en daar kwam een heel nieuw nummer uit tevoorschijn. En dat is eigenlijk de eerste stap naar het George Kush Trio.
Jurijn: Het komt ook omdat ik in die tijd bezig was met flamenco muziek vanuit mijn klassieke gitaar studie. Die muziek wilde ik graag doordrukken in de creativiteit van George en dat is goed gelukt.

Hebben jullie veel naar Spaanse hip hop geluisterd?
George Kush, Jurijn, Wout: Nee, nee, nee. Nog nooit.
Koen: Ik persoonlijk wel, maar ik denk dat onze sound niet per se te koppelen is aan Spaanstalige hip hop. Het is bij ons toch meer een mix van singer songwriter en hip hop.
George: Het is nooit zo geweest dat we bewust deze kant zijn op gegaan. Het is min of meer toevallig gebeurd. Ik was met hip hop bezig en Jurijn met flamenco.

Jullie sound is uniek
Jurijn: Dat jij zegt dat het uniek is, daar hebben wij ook mee geworsteld, in welk genre onze muziek past. Daar zijn wij zelf heel lang niet uitgekomen, nog steeds eigenlijk. Bij veel optredens kregen we te horen in welk genre wij eigenlijk thuishoren.

Deze slideshow vereist JavaScript.

Het is toch niet erg als je wat ongrijpbaar bent?
Jurijn: Juist niet. Wij hebben tegen elkaar gezegd ‘We doen ons ding en we horen wel welk genre het is. We gaan onszelf niet in een hokje stoppen’.
Wout: Als je kijkt wat we aan muziek op onze computers hebben staan dan zie je daar de hele wereld op een lijstje. De zo verschillende muziek die wij individueel beluisteren, brengen we mee naar George Kush Trio. En dat hoor je in onze sound. De een luistert naar hip hop, de andere naar Arabische muziek, reggae, dub, dramatische muziek. We pakken overal iets mee en dat proberen we ons eigen te maken.