Lux Aeterna

Bosch Requiem 2018: Lux Aeterna van Kate Moore

Meeslepend meditatieve en muzikale magie

Het Bosch Requiem 2018 Lux Aeterna werd door de Australisch-Nederlandse Kate Moore geschreven. Vooraf aan het concert droeg de Bossche stadschroniqueur Eric Alink een tekst voor met als thema ‘Eerst geloven, dan zien’.

Lux Aeterna
Voor de opening van November Music schreef Kate Moore het Bosch Requiem Lux Aeterna (Het Eeuwig Durend Licht), een werk vol spirituele verbeeldingskracht dat ze componeerde voor de combinatie van oude muziekspecialisten Cappella Pratensis, a cappella vrouwengroep Wishful Singing en Kate Moore’s eigen Herz Ensemble.

Lux Aeterna
Bosch Requiem Lux Aeterna van Kate Moore

De Australisch-Nederlandse Kate Moore heeft de laatste jaren hard gewerkt, naast haar doctorstitel die ze in 2013 behaalde aan The Sydney Conservatorium of Music, University of Sydney heeft ze ook de Matthijs Vermeulen prijs van 2017 behaald en een enorme lijst aan composities op haar naam staan. In de orkestsamenstelling ontbraken een elektrische basgitaar, didgeridoos en alpenhoorns en speciale keramische fluiten (door Kate Moore zelf gemaakt) niet.

Stadswandeling
Voordat het Bosch Requiem zelf begon konden mensen een stadswandeling maken waarin diverse spirituele plekken werden bezocht. Bij elke plek was er een verteller die onder begeleiding van levende muziek een verhaal over deze plek vertelde. Onderhoudend en vol gevatte woordspelingen. De zaal liep al spoedig na deze rondleiding helemaal vol.

Inleidende toespraak
Voor deze voorstelling schreef stadschroniqueur en geboren en getogen Bosschenaar Eric Alink een tekst met als thema ‘Eerst geloven, dan zien’. Op meeslepende wijze vertelde hij voorafgaand aan de uitvoering van Lux Aeterna over het luie oog dat hij als kind had, waardoor zijn goede oog afgeplakt moest worden. En vandaar ging het door naar het mysterie van het alziende oog van God. Is een requiem niet een vinden van de rust in die aanblik?

Het concert Lux Aeterna
Een extra verrassing voor degenen die de film ‘De dirigent’ hadden gezien was de opkomst van dirigent(e) Jane Lang. De inzet werd solo gedaan door countertenor Andrew Hallock. Hallock viel in voor Kaspar Kröner die ziek was geworden. Andrew Hallock vertolkte de moeilijke harmonieën (er zaten enigszins desoriënterende wisselingen van toonsoort in die zich dan weer herstelden) op vaardige wijze. Juist deze onbestemdheid leidde al snel naar het mysterie van het vertoeven in duisternis om daaruit weggeleid te worden naar het licht, naar Lux Aeterna.

Lux Aeterna
Bosch Requiem Lux Aeterna van Kate Moore – ©Erwin Engelsma

De muziek die daarna inzette deed op een milde manier aan Philips Glass denken, enigszins minimalistisch maar altijd met voldoende middeleeuws aandoende wendingen om je binnen de sfeer van een requiem te houden. Ook werd er gespeeld met klankovergangen tussen instrumenten, een basgitaar die van klankkleur wisselde om vrijwel ongemerkt door een didgeridoo overgenomen te worden bijvoorbeeld. Dit leidde tot een stevige ondersteuning van de ‘aardsheid’ van het Bosch Requiem.

Als ritmische ondersteuning diende een grote trom, krachtig en besluitvaardig aangestuurd door de dirigent. Interessant genoeg deed het ritme soms terugdenken aan de zware percussie in het ‘The Terminator’ thema, wat een zekere spanning induceerde die het geheel spannend hield.
Zo sleepte het stuk je langzaam mee in de zich herhalende thematieken, golvende ritmes, en middeleeuwse muziekthema’s, leidend tot een meditatieve toestand die het geloof geeft dat het allemaal goed komt, en het licht eeuwig blijft schijnen.

Een meer dan verdiende staande ovatie volgde voor deze Bosch Requiem Lux Aeterna.


Fotografie: Angeline Swinkels

Analoge schatkamer van Willem Twee studio’s

Instrumenten uit het verleden gaan de toekomst maken

Vrijdagavond 7 september vond de officiële opening van de Willem Twee studio’s voor genodigden plaats. In het weekend van 8 en 9 september tijdens Open Monumentendag kon u ze nog bezichtigen. Een unieke kans om een werkend museum te zien.

Zoals altijd als je de Willem Twee concertzaal binnenstapt hangt er een gemoedelijke atmosfeer waar ik me elke keer weer goed bij voel. De grote groep aanwezigen werd behoorlijk op tijd gevraagd naar binnen te gaan. Daar was een goede reden voor.

Analoge schatkamer van Willem Twee studio’s

Tom Holkenborg
Na een heel kort welkomstwoord door directeur Henri Broeren verscheen live op het grote scherm, vanuit Los Angeles, niemand minder dan Tom Holkenborg (zie foto boven). Tom aka Junkie XL is het muzikale genie achter heel wat films vanuit Hollywood. Los van de tour door zijn studio benadrukte hij het belang van de Willem Twee studio’s.

Analoge apparatuur die nog in zo’n goede conditie verkeren, zijn niet alleen erfgoed, maar dragen door hun karakter wezenlijk bij aan het vakmanschap van het maken van elektronische muziek. Zeer belangrijk voor jonge, getalenteerde musici. Deze instrumenten zijn als een oude viool, een Stradivarius bijvoorbeeld.

Holkenborg gaf toe jaloers te zijn op de ARP2500 die in de Willem Twee studio’s staat. Als hij weer eens in Nederland is, wil hij graag langskomen in de schatkamer van Willem Twee studio’s om er mee te experimenteren.

Analoge schatkamer van Willem Twee studio's
Mike van der Geld

Mike van der Geld
De wethouder Duurzaamheid, Leefomgeving en Cultuur gaf in de daarop volgende toespraak aan hoe belangrijk het is dat Den Bosch en Brabant op de kaart worden gezet. Hij prees daarbij Henri Broeren die de visie heeft gehad om een bedreiging tot een kans om te buigen. Petje af, en een applause.

Frans van Dooremalen
Van Dooremalen is bestuurder van het Cultuurinvesteringsfond Brabant C. Het fonds investeert in culturele initiatieven die een brede betekenis hebben en die rendement kunnen opleveren. Niet alleen qua geld, maar ook qua het aantrekken van talenten en top artiesten.

Analoge schatkamer van Willem Twee studio's
Frans van Dooremalen

Frans gaf aan dat hij zwaar onder de indruk was van deze ruimte. Hij vergeleek zich een beetje met de Britse archeoloog Howard Carter die op zoek was naar de schatkamer van farao Toetanchamon. Carter wist waar hij naar op zoek was. Van Dooremalen wist daarentegen niet wat hij zou aantreffen in de schatmaker van Willem Twee studio’s.


Hij wist niet wat hij zag en vond meteen dat dit cultureel erfgoed is. Maar meer nog: hij zag hier bevlogen mensen die bezig waren dromen waar te maken. En hij kijkt al uit naar de tijd dat een internationale topartiest hier in Den Bosch een muziekstuk komt opnemen dat een klassieker wordt. Gezien de belangstelling die er nu al is zou het zomaar kunnen gebeuren!

Henri Broeren
Henri is (na een indrukwekkende lijst met functies) bestuurder van Willem Twee. Hij heeft de mensen samen gebracht die nodig waren om al dit moois tot stand te brengen, maar hij wilde met name de aandacht vestigen op de mensen die het ‘echte’ werk hebben gedaan: Hans Kulk, Rikkert Brok, Armeno Alberts, Mitchel van Dinther, en de organisatie CEM. Deze bevlogen figuren brachten apparatuur in, vakkennis, en heel veel werk.

Henri Broeren
Henri Broeren


Daarnaast was dit allemaal niet mogelijk geweest zonder de vele vrijwilligers die hebben lopen sjouwen bij de verhuizing, hebben zitten solderen en die talloze klussen hebben opgeknapt. Ook die lijst met namen las hij voor – uw verslaggever vond het ook fijn zijn naam te horen.

Floris van Hoof

Floris van Hoof


Het werd tijd voor muziek. En de Belgische artiest Floris van Hoof liet horen wat er aan muziek met de studio mogelijk was. In een ‘synesthetische’ ervaring van beeld en geluid koppelde hij ritme en bijbehorende beelden samen. Een hypnotisch effect voor wie zich er aan over kon geven.

Van Hoof sprak zijn lof uit over de uitstekende staat van de analoge elektronische apparatuur van de Willem Twee studio’s. Van Hoof gaat binnenkort op tournee door Nieuw-Zeeland en Australië. Hij treedt nu en dan op met andere musici waarin een samengaan plaatsvindt van analoge en digitale muziek.

Analoge schatkamer van Willem Twee studio's
Henri Swinkels

Henri Swinkels
De gedeputeerde voor kunst en cultuur voor de provincie Brabant reageerde op de muziek van Floris: ‘ Het is juist deze muziek die je voorbij je grenzen
trekt, die je nieuwsgierig maakt naar ‘het andere’, die bestaande kaders omverwerpt. Hij dacht terug aan de beginmelodie van Doctor Who, de Engelse televisie serie, zijn kennismaking met elektronische klanken.
Hij gaf aan trots te zijn dat Brabant C (‘het is wel een provinciaal fonds’) deze plek hielp. En hij benadrukte het belang van creatieve proeftuinen een vrijplaats om te experimenteren.

Henk van der Meulen
Ook de directeur van het Conservatorium Den Haag benadrukte het belang van juist deze studio. Juist door het vakmanschap dat je met deze oude apparatuur moet ontwikkelen stelt je in staat om werkelijk vakmanschap in het opbouwen van klank te ontwikkelen.

Analoge schatkamer van Willem Twee studio's
Henk van der Meulen

De studio is een voortzetting van de traditie die met mensen als Edgar Varese, Dick Raaymakers, Jan Boerman, Henk Badings, Ton Bruynel is begonnen.
‘In deze studio komt geschiedenis samen om toekomst te creeëren.’ Hij ondersteunt ook van harte de samenwerking die aan het ontstaan is tussen deze studio en diverse conservatoria. Ook is het belangrijk dat ‘iedereen’ hier kan komen studeren en luisteren. De studio is openbaar en maakt muziek met ‘respect voor de oerklank’.

Daedelus

Daedelus
Daedelus


En toen muziek van een bekend componist: Daedelus, de artiestennaam van Alfred Darlington. Hij ging de studio in (wat we het grote scherm via videolink konden volgen) en produceerde een zeer toegankelijk stuk die initieel het idee gaf dat je in een vreemde natuur rondliep. Subtiel bijgemixed ritme zorgde uiteindelijk voor wat oriëntatiepunten en vervaagde weer. Echt een belevenis.

Ik sprak hem later nog even en hij benadrukte opnieuw het belang van het werkelijk kunnen experimenteren om vakmanschap te ontwikkelen en wezenlijk nieuwe muziek te produceren. Hierbij is de rol van instrumenten die je echt moet leren begrijpen niet te overschatten.


Programma

08 september: Open monumentendag 10.00 uur (concertzaal)
09 september: Open studiodag 10.00 uur (concertzaal)
10 september: Marcel Wierckx presentatie 16.00 uur (concertzaal)
11 september: Daedelus presentatie 16.00 uur (concertzaal)
12 september: Studio presentatie 16.00 uur (concertzaal)
13 september: Kees Tazelaar presentatie 16.00 uur (concertzaal)
14 september: Jorrit Tamminga presentatie 16.00 uur (concertzaal)
15 september: Synth meeting & soldeer dag 14.00 uur – 18.00 uur (poppodium)
15 september: Grand Finale 20.30 uur – 03.30 uur (poppodium)

Locatie Willem Twee concertzaal: Prins Bernhardstraat 4

Locatie Willem Twee poppodium: Boschdijkstraat 100

Opening Willem Twee studio’s feest voor elektronica generatie

Rikkert Brok is nieuwsgierig naar wat muziek kan doen met een mens

Onlangs had ik het genoegen om met Rikkert Brok (hoofd studio’s en organisator van FAQ Festival) een interview te hebben over de Willem Twee studio’s in het gebouw van de Willem Twee concertzaal (voorheen de Toonzaal).

Opening Willem Twee studio’s

Analoge studio
Analoge studio

Sinds enige tijd timmert deze studio hard aan de weg van elektronische muziekgeneratie door middel van cursussen, concerten en het FAQ Festival.
De studio is pas helemaal vernieuwd en zaterdag 8 September (Nationale Monumentendag) is de openstelling voor algemeen publiek, waar u zelf een kijkje nemen kan.


Achter Rikkert de wenteltrap naar de studio opklimmend dacht ik meteen het gesprek te kunnen beginnen, maar hij stond er op om te demonstreren wat de oude analoge apparatuur allemaal kan.
Terwijl een oscilloscoop opwarmde mengde hij witte ruis door een serie filters en produceerde meteen allemaal ruimtelijke geluiden. Bijna dacht ik dat ik helemaal geen vragen meer hoefde te stellen omdat het al duidelijk was waar Rikkert zijn passie en kunde liggen. Gelukkig kwamen we ook nog in gesprek.


Wie is Rikkert Brok?
Rikkert is vooral muziek en de toepassing van muziek in moderne media en in combinatie met beeld. Zoals hij zegt: “Ik ben gedreven door nieuwsgierigheid naar wat muziek kan doen met een mens.”
Eind jaren ’80 zag hij dat de Atari computer van zijn broer een MIDI interface had [een manier waarop computers en allerlei elektronische muziekapparatuur zoals keyboards samen kunnen ‘praten’ red].

Hij werd door vrienden gestimuleerd om te experimenteren met wat je daar allemaal mee kan doen, en voor hij het wist had hij uitgebreide kennis opgedaan van spelen met computers en muziek. Hij vond dat zo leuk dat hij is gaan studeren in Den Haag aan de Interfaculteit Beeld en Geluid.

Daar kreeg hij waarden als ‘nieuwsgierigheid, creativiteit en zelfstandigheid’, op het gebied van het ontwikkelen van audiovisuele kunst bijgebracht. Soms met vrienden, soms alleen, hield hij zich daarna bezig met het ontwikkelen van kunstprojecten die de menselijke perceptie uitdagen.

Als zelfstandig kunstenaar die ook free-lance producties deed kreeg hij bekendheid in de theaterwereld. Op die manier werd hij door de directeur van de toenmalige Toonzaal [tegenwoordig Willem Twee concertzaal red.]  opgebeld of hij daar de techniek kon komen ‘doen’.

Rikkert Brok
Willem Twee studio’s

Combineren
Hij had toen het idee om de technische functie te combineren met het maken van elektronische muziek. De directeur zag daar wel wat in en zo werden de eerste stappen van het FAQ festival gezet [eerste editie was in 2010, red]. Daar kwam hij in contact met Hans Kulk, iemand met een enorme achtergrond in elektronische muziek en lesgeven.

Hans had een uitgebreide verzameling elektronische apparatuur van onder andere laboratoria en onderwijsinstellingen, die je uitstekend kan toepassen om geluid mee te maken. En hij zou dat graag gebruiken om andere mensen de liefde er voor bij te brengen. Maar hij had de ruimte niet.

Henri Broeren, directeur van de Toonzaal, was meteen enthousiast en zo verhuisden de spullen van Hans. De volgende stappen op weg naar professionalisering waren snel gezet, les geven voor beginnende liefhebbers, verhuur aan professionals.

De eerste cursussen en de presentatie van de resultaten die de leerlingen behaalden volgden al snel. En de volgende stap kwam er aan toen Armeno Alberts er bij kwam. Hij bracht onder andere een unieke ARP2500 van het CEM instituut mee [een instelling voor elektronische muziek red].
En zo is er nu een unieke plek ontstaan om elektronische muziek te leren maken en te produceren.

Wat trekt jou in het maken van elektronische muziek?
“Het verkennen, onderzoeken, ontginnen van nieuwe klanken. Ik ben geïnteresseerd in vernieuwende muziek, en ben niet zo genre gebonden.
Ik hou van klassiek, metal, hip hop, noem maar op, ik pik er uit wat ik interessant vind.”

Opening
Opening Willem Twee studio’s is een feest voor de elektronica generatie

En zo komen we op het FAQ Festival, wat is jouw toekomstvisie er op?
Het is makkelijk om FAQLab en FAQ festival te verwarren. FAQLab is een bijeenkomst van leerlingen van de Elektronische studio, die ideeën en stukken muziek uitwisselen, en ook mensen die zelf synthesizers bouwen en nieuwe concepten ontwikkelen en daar lezingen over geven zodat iedereen van elkaar kan leren.

Het FAQ Festival gaat om echte optredens van elektronische muziek artiesten. Vaak hebben ze een residentie gedaan in de studio zodat ze het daar gemaakte werk kunnen presenteren.
Er komen grote namen naar toe [bv Suzanne Ciani, Daedelus red] omdat we een omgeving bieden waar veel aandacht voor ze is, waar ze veel kunnen experimenteren en met vernieuwende muziek kunnen komen.

Opleiding studenten
Verder gaan de studio’s zich richten enerzijds op samenwerking met conservatoria om hun studenten op te leiden, maar ook zijn ze laagdrempelig toegankelijk voor een ieder die meer van elektronische muziek wil weten. Na redelijk korte en betaalbare cursussen heb je al een aardig inzicht in wat je echt kan, en kan je je verder ontwikkelen. Toegegeven in het begin ziet het er allemaal erg imposant uit, maar met wat hulp blijkt het al snel een leuke en creatieve manier van werken te zijn die heel erg inspireert.

Je kan ook na cursussen gevolgd te hebben misschien al een portfolio opbouwen (met begeleiding vanuit de studio) die je mogelijk helpt met verdere studie aan een conservatorium. Daarbij richt de studio zich niet op één doelgroep maar kan elk genre wel iets maken dat gebruikt kan worden, experimenteel, klassiek, dance, het kan allemaal. En juist het in contact brengen van die verschillende stromingen is interessant omdat dat tot nieuwe dingen leidt. En we werken nog steeds aan de ontwikkeling van nieuwe cursussen.

De nieuwe studio gaat openen?
Ja, intussen zijn er drie studio’s gebouwd, waar naast de elektronische muziek ook optredens in de zaal beneden in de voormalige Synagoge opgenomen kunnen worden.
De officiële opening voor genodigden is op 7 september aanstaande. Daarna is er een festivalweek waarin enorm veel gaat gebeuren. Daedelus komt iets vertellen over zijn residentie in de studio en verzorgt de muzikale omlijsting.

Vanaf zaterdag 8 september is iedereen welkom om in de studio’s een kijkje te komen nemen, met een rondleiding. De zaal is dan ook open voor bezichtiging.

Van maandag 10 tot en met vrijdag 14 september komen docenten van de grote muziekinstellingen die les gaan geven aan studenten van die opleiding. Om 16:00 uur is er dan een presentatie van nieuw gecomponeerd materiaal die voor iedereen toegankelijk is.

Kijk vooral even op de website van Willem Twee waar het hele programma is te vinden. En details over cursussen in de studio vind je hier: cursussen.

Rikkert Brok
Opening Willem Twee studio’s

En waarom zou je naar een concert komen luisteren?
Dat is moeilijk uit te leggen omdat het zo breed is, van experimentele muziek tot dance, en we willen ons niet tot een enkel genre beperken.

Maar juist daarin zit hem ook het interessante, omdat wij die overlap tot stand brengen kan je hier echt naar nieuwe dingen komen luisteren!
Dus het is een stuk bevrediging van nieuwsgierigheid, nieuwe dingen durven uit proberen, nieuwe verbanden leggen.

Hoe krijg je trouwens die grote namen naar de concertzaal?
(Rikkert begint te lachen) “Gewoon de stoute schoenen aantrekken en contact zoeken. Als concertzaal hebben we veel te bieden, enorme mogelijkheden met de apparatuur, een prachtige sfeervolle zaal en heel geïnteresseerd publiek, waar je nieuwe dingen kan uit proberen voor je het naar de grote zalen brengt.”

En zo zijn we bij het einde van het interview. Ikzelf ben op diverse cursussen geweest en ben zwaar onder de indruk van wat een stel ‘begeisterde’ mensen tot stand kan brengen.
Wellicht tot ziens op één van de activiteiten.

Opera op de Parade: Un Ballo in Maschera, Verdi

Het gevecht tussen de verlangens van het hart en de heersende moraal.

Aankomst.
Lopend vanaf het NS station naar de Parade was de avondsfeer al  prima te horen; het carillon van de Sint Jan speelde vrolijke dansmuziek uit diverse opera’s. Op de Parade was het gezellig en gemoedelijk druk. De eerste toehoorders waren er al voor het middaguur om een plaatsje te bemachtigen. Dat lukt je als organisatie alleen maar als je een lange reeks successen hebt geboekt. Ik maakte de laatste van de vele voorbereidingen mee, muzikanten die zich zorgen maakten over de stemming van de instrumenten met deze hitte, cameraploegen die de laatste instructies doornamen, de geluidstechnici die de laatste fijnafregelingen uitvoerden.

Inleiding
Natuurlijk werd er een dankwoord uitgesproken naar de sponsors die dit spektakel mogelijk maakten, en burgemeester Jack Mikkers prees de stad en de uitvoerenden en organisatie voor al het werk dat ze hadden verricht en het publiek voor hun aandacht en gemoedelijkheid. Een paar musici gaven aan hoe geweldig het was om te kunnen spelen in een omgeving en bij een uitvoering waar zo enorm veel mensen het uiterste voor hadden gedaan, en waar zo’n warme belangstelling voor was.

Opera op de Parade: Un Ballo in Maschera, Verdi
De koning heeft een conversatie met zijn beste vriend

De uitvoering
En zo klonken de openingstonen van ‘Het gemaskerde bal’ van Verdi. Evenals vorig jaar was de geluidskwaliteit prachtig, geen geringe prestatie op dit plein. Het klonk groots, en toch intiem en dichtbij met de diverse secties van het orkest goed te onderscheiden en altijd met een aangenaam volume. Okay, toegegeven, soms kraakte er een microfoon. Maar toch: hulde aan de geluidstechnici.

En dan waren er ook de prachtig uitgevoerde kostuums en een heel slim draaibaar gedeelte van het podium dat diverse locaties kon uitbeelden (de balzaal van de koning, de hut van een zigeunerin die de toekomst voorspelde).

Een van de kenmerken van deze opera van Verdi is dat de muziek zo enorm goed aansluit bij de emoties die in het stuk opduiken. En emoties zijn er genoeg, de hopeloze liefde van een koning voor de vrouw van zijn beste vriend, de misverstanden die daaruit voortvloeien. De lokroep van het hart dat in gevecht is met wat de personages als de juiste moraal ervaren. De haat, de trots en gekrenktheid. Maar je wordt ook hier en daar op het verkeerde been gezet, de koning lijkt alom geliefd, maar heeft ook zijn schaduwzijden waarmee hij bittere vijanden heeft gekweekt. Verdi heeft het heel slim zo opgezet dat je de vijanden van de koning eerst verwijt dat ze dat zijn, omdat hij immers zo geliefd is bij het volk. Maar je leert ze beter begrijpen als je weet wat hij hen heeft aangedaan. Het onvermijdelijke einde is  dat de koning wordt vermoord, maar zijn moordenaars vergeeft om vervolgens op te lossen in een fel wit licht.

Het orkest speelde met verve, en bewoog briljant mee met de emoties van het publiek als dat (en dat gebeurde nogal vaak) tussendoor applaudiseerde voor een mooie vertolking van een rol of scene. Die scenes waren trouwens heel goed te volgen door de lichtkrant boven het podium waarop de vertaling van hetgeen gezongen werd zichtbaar was.

Deze manier van opera bij de mensen brengen is een heel mooi initiatief, waarvan ik hoop dat hij nog lang mag doorgaan.

Opera Zuid, philharmonie zuidnederland, Theater aan de Parade, alle vrijwilligers, het was weer groots, dank jullie wel.

En beste lezers, aarzel vooral niet om een filmpje van deze opera te bekijken, en als u er dit keer niet bij was dat volgend jaar wel te doen.

Fotografie: Jane Duursma

Zara McFarlane en Band

Fusion van jazz, reggae en een verbluffend stemgeluid

Tweede Pinksterdag tijdens Jazz in Duketown stond de zon heet te schijnen, wat prima samenging met de stem en show van Zara McFarlane en haar band op de Markt. Voordat de tijd van het optreden daar was stond Binker Golding, haar saxofonist nog even warm te spelen. En ik wist meteen dat ik in goede handen was, snelle maar uiterst gevoelige en gecontroleerde loopjes op complexe akkoorden schoten op en neer met die warme houten toon die de sax tot zo’n geweldig instrument maken, althans in de handen van een razend goede speler.

Zara McFarlane en Band - ©ellen van lent
Binker Golding

De andere instrumentalisten, (contrabas/ elektrische bas, piano/ nord lead, drums) begonnen rustig maar indringend aan hun partijen, en het stond meteen als een huis. Ritme strak maar wiegend, rustig maar intens, akkoorden die bepaald niet standaard waren maar waarin ieders partijen toch weer samen kwamen.

Zara McFarlane en Band - ©ellen van lent
Zara McFarlane

Zarah begon met een ietwat hese lage stem aan een lied over vrede. Mooi en beheerst uitgevoerd. En toen begon ze echt uit te pakken met haar stem, die van ietwat hees laag in vol laag veranderde en plots doorschoot naar ongekende en zuivere hoogten zeker op het stuk Where have you been all my life, rond en perfect uitgevoerd. Plots zaten we helemaal in het jazz gevoel. Op de fusion hoefden we niet lang te wachten, er zette een ritme in dat reggae als basis had, maar wel met accentverschillen, die afhankelijk van je eigen interpretatie een ‘oh geweldig’ gevoel of lichte irritatie konden opwekken omdat de band net buiten de geijkte patronen stapte.

Zara McFarlane en Band - ©ellen van lent
De Bossche Markt

Jammer genoeg leek dat ertoe te leiden dat er bij het spetterende einde niet heel veel publiek meer zat. Ten onrechte, de band was het waard om veel meer publiek te hebben, evenals de geluidstechniek die een stuk beter was dan vorig jaar.

Foto’s: Ellen van Lent

FAQ Festival dag 2 trekt volle zaal

En dat is volkomen verdiend

De tweede dag van het FAQ-festival was drukbezocht, de kaartjes waren niet alleen nagenoeg uitverkocht, het publiek was zeer gemengd, en onverdeeld enthousiast.

Rashad Becker
Rashad Becker is sound engineer bij Dubplates & Mastering studio in Berlijn. In die hoedanigheid heeft hij bijgedragen aan meer dan 1600 studio producties. Verder heeft hij zijn eigen elektronische muziekstudio in Kreuzberg, genaamd Clunk. Hij heeft een passie voor detail in klankvorming. Hij trapte de avond af met een paar Nord toetsenborden en een Eurorack met prachtige modules waaronder een Rainmaker van Intellijel en een Clouds van mutable instruments. Hierop liet hij een klankenspel horen dat begon met eenvoudige geluiden die langzaam steeds complexer werden, waarbij ook een achtergrond textuur opbloeide. Heel subtiel zat hij soms tegen ritmiek aan te leunen (en staaltjes polyritmiek) om hier langzaam weer van weg te gaan. Dan herhaalden thema’s zich weer, in een nieuwe setting, zodat er telkens nieuwe contexten en structuren opbloeiden. Het is verleidelijk om te proberen de geluiden te omschrijven. Veel beter is om er geen label aan te hangen en het gewoon te ondergaan zoals iedereen ook deed, een genotvol uur lang.

AQ Festival dag 2 trekt volle zaal
Koreless DX7

Koreless
Als tweede kwam de nog jonge Koreless (geboren 1991, Wales) een ander genre laten horen. Bewapend met twee ARP 2600s, een heuse DX7 en de nodige apparatuur om die te sequensen bracht hij twee werken.

Het eerste stuk een minimal music compositie van Steve Reich. Met marimba en hier en daar Japanse bekken achtige klanken vergastte hij het publiek op verschuivende polyritmes die je meevoerden naar exotische plaatsen. Dit stuk zat nog het dichtst tegen klassieke muziek aan en als je je ogen sloot kon je je makkelijk een heel grote groep percussie spelers voorstellen. Vervolgens liet hij een stuk horen waarin hij complexe sequenties gebruikte terwijl hij tegelijkertijd met de hand de ARP2600 bediende zodat er allerlei filter verschuivingen voorbijkwamen. Ik durf het rustig een Klaus Schulze 2.0 te noemen.

FAQ Festival dag 2 trekt volle zaal
Koreless

Lehn & Schmikler
Als derde op het programma stond het duo Thomas Lehn + Marcus Schmikler die met een paar laptops en een eurorack de geluidsmeters overtuigend het rood in stuurden. Hoge en lage tonen werden de ruimte doorgeslingerd alsof het objecten waren. Ook hier weer grensverleggende geluidsexperimenten.

Allemaal weer een avond van een kaliber dat je niet snel ergens zal aantreffen.

Fotos: Erwin Engelsma

Den Bosch wordt grote speler in de elektronische muziek

Gesprek met de drijvende krachten van de Willem Twee studio

Tot nu toe weten maar een paar mensen ervan en het is de hoogste tijd hier meer ruchtbaarheid aan te geven. Den Bosch heeft sinds kort een enorme muziekstudio, die gespecialiseerd is in het maken van elektronische en elektroakoestische klanken, muziek en opnames.

Ik sprak met Hans Kulk (links op de foto) en Armeno Alberts (rechts op de foto), beiden verbonden aan de Willem Twee studio’s.

KLANKGAT: Wat maakt deze studio zo bijzonder?
Kulk en Alberts: “Deze studio is om een aantal redenen uniek in Nederland en zelfs in Europa.”

Ten eerste hebben we veel oscillatoren en filters (geluiden opwekkende en vormende elementen, red.) die oorspronkelijk werden gebruikt voor belangrijke meetopstellingen. Die hebben een enorm hoge kwaliteit en bereik. Zo’n sinusgenerator bijvoorbeeld maakt een heel zuivere golfvorm die bovendien over een waanzinnig breed gebied instelbaar is, van Mega Herz tot maar 1 trilling per 3 uur. Er zijn ook apparaten die gedurende de jaren ’50 door de Duitse omroep zijn gebruikt en waar Karlheinz Stockhausen (Duitse componist moderne muziek, red.) nog mee gewerkt heeft. Het is ongekend om zoveel van die apparatuur nu bij elkaar te vinden.

Verder staat er een heuse analoge computer, die gebruikt kan worden om het gedrag van fysische systemen te modeleren. Een muziekinstrument is ook zo’n fysisch systeem dat gemodelleerd kan worden. Dus je kan allerlei realistische geluiden met de analoge computer programmeren, maar je hoeft je niet tot bestaande instrumenten te beperken.
En dan, alsof dat nog niet genoeg is, staat er een ARP2500 modulaire synthesizer, volledig gebruiksklaar. Daar tref je er in de hele wereld nog maar een handvol van aan. Dan zullen we het maar niet hebben over de enorme mengpanelen, bandrecorders en heel speciaal alle apparatuur die eigenlijk voor andere doeleinden is bedoeld, maar die ook voor muziek gebruikt kan worden.

Den Bosch wordt grote speler in de elektronische muziek
Analoge muziekstudio Willem Twee

Al met al lijkt het wel een museum, maar dan één waar je uitgebreid experimenteren kan omdat het niet achter glas staat maar echt gebruikt kan worden voor actuele muziek. Juist door dit soort apparatuur kan je een enorme creativiteit ontplooien. Zo sta je ook heel dicht bij de basis van het maken van de geluiden. In plaats van met software te pielen kan je hier echt voelen wat je doet, je hebt een veel nabijer contact met het geluid.

Wat is jullie doel met deze studio?
Het gaat ons allereerst er om de liefde voor deze apparatuur te promoten en mensen op te leiden zodat ze een diepgaande kennis ontwikkelen van hoe elektronische klankgeneratie werkt, en hoe je dat kan gebruiken om composities te maken. Verder mikken we op de internationale componisten die al veel ervaring hebben, en die juist hier hun ideeën tot volle wasdom kunnen brengen. Er is al belangstelling vanuit het buitenland (Zweden, Noorwegen, Italië, Duitsland). Mensen komen dan een poos als ‘Artist in Residence’ (AIR). Ze krijgen intensieve begeleiding in het studiogebruik en verblijven vlak in de buurt zodat ze veel experimenten kunnen uitvoeren.

Daarnaast willen we ook graag dat meer mensen belangstelling krijgen voor de techniek en zelf met elektronica leren omgaan. Daarom is er tevens een soldeerclub die regelmatig samen komt waar je van alles leert van elkaar, en dat in een heel gemoedelijke atmosfeer.

Is het niet enorm eng om hier naar binnen te stappen?
De apparatuur kan er nogal overdonderend uitzien. Maar dat is precies de reden waarom we heel laagdrempelige cursussen en activiteiten hebben. Daarin combineren we het aanbieden van basiskennis van wat geluid nu eigenlijk is met het stapsgewijs bekend raken met alle techniek om die geluiden op te wekken. We brengen die kennis meteen in de praktijk en laten mensen er mee experimenteren.
Je krijgt veel persoonlijke aandacht en de praktijk laat zien dat deelnemers al snel in staat zijn om mooie composities te maken. Natuurlijk is het zo dat als je echt vergevorderd wilt worden dat je er de nodige uren in moet stoppen. We hebben dan ook diverse cursussen die de materie steeds verder uitdiepen.

Hoe zien jullie de toekomst?
Heel zonnig, maar vooral vol met mooie composities, waarmee we ook in dit opzicht Den Bosch op de kaart kunnen zetten.

Als je meer wilt weten surf dan naar: https://www.willem-twee.nl/cursussen-analoge-studio/

Foto: Erwin Engelsma

FAQLab

Opening vernieuwde muziekstudio FAQLab

Nieuwe muziek op oude apparatuur

Toen ik zondag 14 januari de foyer van de Willem Twee concertzaal binnenliep werd ik meteen getroffen door de kameraadschappelijke atmosfeer die er hing.

Mensen met belangstelling voor elektronische muziek die samen stonden te praten, stonden te kijken bij de apparatuur die was meegebracht, meningen uitwisselden. Het was weer FAQLab en wellicht de meest gestelde vraag erover is wel wat FAQLab betekent. Het betekent dat je hier op je gemak kan luisteren naar allerlei analoge synthesizers, er mee kan experimenteren, ideeën uit kan wisselen met andere liefhebbers zodat je inspiratie opdoet. Frequently Asked Questions? Factually Astounding Quality? Zeg het maar.

Rondleiding vernieuwde muziekstudio

Het programma van vandaag was veelzijdig. Te beginnen met een rondleiding door de vernieuwde elektronische muziekstudio. Hans Kulk en Armeno Alberts gaven een enthousiaste uitleg over de enorme verzameling apparatuur die er nu staat. En dat varieert van apparatuur die gebruikt wordt om kernspinresonantie [ Kernspinresonantie is een natuurkundig fenomeen dat onder andere zijn toepassing vindt in de chemie en in de geneeskunde, red.] experimenten te besturen, maar die ook meer dan uitstekend geschikt is om vernieuwende klanken mee te maken, tot een echt unieke synthesizer.

ARP2500

Opening vernieuwde muziekstudio FAQLab
ARP2500

De ARP2500, waarvan er maar een handvol werkende exemplaren in de wereld over is gebleven. De ARP2500 is gebruikt voor het genereren van buitenaardse geluiden in de film ‘Close encounters of the Third Kind’ en ook musici als David Bowie, The Who en Jean Michelle Jarre hebben er mee gewerkt. Geweldig dat iets wat elders in de wereld alleen nog maar in musea achter glas te bewonderen is hier echt geluiden staat te maken. Sterker nog: je kan er zelfs cursus op krijgen. Deze vernieuwde studio is uniek in Nederland.

Nieuwe geluiden

Het tweede grote gedeelte was de presentatie van composities die door leerlingen waren gemaakt in de studio. Hierbij komt weer eens naar voren hoeveel creativiteit en vernieuwing mensen al beginnen te maken na drie maanden of zo een avond per week in de studio te experimenteren. Nieuwe geluiden die tot een betekenisvol geheel waren samengesmeed, stroomden voorbij en het applaus was dan ook verdiend.

Opening vernieuwde muziekstudio FAQLab
Vlnr: Hans Kulk en Armeno Alberts

Nucleus

Het derde grote gedeelte was de uitvoering van een compositie door Hans Timmermans, Nucleus genaamd. Alle geluidsfragmenten ervoor waren al eerder opgenomen in de studio, met name met gebruik van het eerdergenoemde onderdeel om kernspin (Nucleus) proeven mee te doen.

Het stuk werd over vier kanalen afgespeeld wat je de ervaring gaf van binnen in een atoom te zitten, met de sferen die om je heen draaiden en golven die om je heen alle kanten uitgingen. Een stuk wat rust gaf of zoals iemand die ik sprak die gewoon uit nieuwsgierigheid langs was gekomen en niet speciaal iets met elektronische muziek had, het zei: “Ik zou hier veel langer naar kunnen luisteren; het schept een bepaalde rust.” Het is een interessant gegeven dat je in geluid iets uit kan beelden wat anders alleen maar in zeer abstracte wiskunde gevangen kan worden, en daar schoonheid uit kan halen.

Verder stonden Roel Weerdenburg en Zenn Den Bass op de podia, met vernieuwende kijkjes in de keuken van de moderne analoge (hoewel daar ook stiekem meer en meer software in komt) modulaire systemen.

Primeur
Nog een primeur werd aangekondigd: de soldeerclub van Martijn Verhallen. Eens in de twee weken samenkomen, solderen, leren hoe je PCB’s (printed circuit board, printplaat) maakt, kennis en inspiratie uitwisselen.

Silbersee

Silbersee Homo Instrumentalis onorthodox muziektheater

De relatie tussen mens en machine uitgebeeld, schrikbeeld of geschenk?

Silbersee is een Nederlandse productiekern voor onorthodox muziektheater en experimentele opera, onder leiding van Romain Bischoff. De uitvoering was in de Verkadefabriek op 5 november 2017.

Silbersee: Homo Instrumentalis

Het hoofdthema van de voorstelling Homo Instrumentalis van theatergroep Silbersee is de relatie tussen mens en machine door de tijd. In het verre verleden, het verleden dat kort achter ons ligt, het nu, en de mogelijkheden voor de toekomst.

Voorafgaand aan de voorstelling van Silbersee was er een discussie over dit onderwerp, over hoe robotisering (in een zeer brede betekenis van het woord) de mens kan helpen. Conclusie was dat hoewel er realistische dreigingen zijn er ook enorme kansen zijn om ons leven ten goede te veranderen. Dit werd ondersteund met het voorbeeld van een violiste die door een ongeluk haar onderarm was kwijtgeraakt, maar die door een slim mechaniek toch weer kon spelen. Ook de positieve invloed van robotisering op moeilijke hartoperaties werd besproken. Zoals van tevoren werd uitgelegd is Homo Instrumentalis een theaterstuk dat in vier delen uiteenvalt.

Silbersee: Homo Instrumentalis
Silbersee: Homo Instrumentalis – © Caroline Seidel

Het eerste deel wat in oud Griekse stijl werd uitgevoerd, was geïnspireerd op de Antigone van Sophocles waarin de lof van de rede van de mens die de natuur aan zich onderwerpt werd bezongen. Vier dames die aan Kariatiden deden denken zongen dit stuk a capella. De zang vergde meteen wel veel van het publiek, onverstaanbare teksten met veel prr-, klik- en sis-geluiden, die gelukkig wel op de achtergrond in meerdere talen werden geprojecteerd. Scheurende dissonanten, die dan toch goed met het thema harmonieerden.

Het tweede deel behandelde de mens in de fabriek, tot onderdeel van de grote machine geworden en gereduceerd tot iets onbetekenends. Met elektronische muziek en het meteen electronisch omvormen van de zangstemmen en audiovisuele hulp werd het onverdraagzame van dit bestaan indringend uitgebeeld. De snerpende klanken, het geluid van ijzer op ijzer, brachten een indringende boodschap over.
Daarbij werd ook gedanst, break dance bewegingen werden er bij gehaald, en de vermorzeling van de mens werd aangrijpend uitgebeeld door de mensen die onder het projectie scherm kwamen te staan en erdoor leken te worden platgedrukt.

Het derde deel concentreerde zich op het nu en hoe de mens langzaam tot een cybernetisch organisme aan het verworden is. Computertaal, ben ik een mens, kan een machine een mens zijn, is een mens een machine, het inspireerde tot wat filosofisch denkwerk. Het verenigen van mens en machine werd uitgebeeld door klanken die de zangeressen live zongen, waarvan je je afvroeg hoe een mens dit kan, en hoe men dit complexe geheel van razendsnel afwisselende stemmen en dialogen zo perfect had weten in te studeren. Tegelijk werd dit ook nog eens in de dans uitgebeeld: mensen die robot achtig gingen bewegen, robots die mensachtig gingen bewegen. In deze voorstelling bewijst Silbersee dat het recht doet aan de claim van onorthodox muziektheater.

Silbersee: Homo Instrumentalis - © Caroline Seidel
Silbersee

Het vierde en laatste deel ging op zoek naar de toekomst. Tussen de sterren doorreizend in een scene die vaag aan het einde van de science-fiction film ‘A Space Odyssey’ van regisseur Stanley Kubrick deed denken doemde in de verte een rood licht op. Het punt Omega wellicht, zoals Pierre Teilhard de Chardin dat had bedoeld. Een punt vol goede beloften.

Al met al was Homo Instrumentalis van Silbersee een spektakel waarvan ik me afvroeg hoe mensen het voor elkaar krijgen om het ingestudeerd te krijgen. De razendsnelle en complexe dialogen, de snelle wisselingen in acties. Ik voelde door mijn emoties heen hoe naar het leven geweest moest zijn van de fabrieksarbeiders, hoe uitzichtloos. Maar bovenal voelde ik me ook hoopvol. Wij mensen zijn nu eenmaal een soort die al bijna zijn hele bestaan lang machines maakt. Er gloort ook hier vast een goede toekomst.


Over Silbersee

Silbersee is een productiekern voor onorthodox muziektheater en experimentele opera. De directeur en artistiek leider van Silbersee is Romain Bischoff. Behalve zanger en dirigent is hij initiator en aanjager van interdisciplinaire creaties. Vernieuwing, onderzoek en risico’s nemen zijn voor hem basisbehoeften. Onder al zijn werk ligt de overtuiging dat muziektheater en opera niet voor insiders zijn bedoeld, maar thuishoren op een breed podium.

Foto’s: Caroline Seidel

John Zorn, Madrigals book I & II in de Grote Kerk

De uitersten van de menselijk stem verkend op festival November Music 2017

Uitvoering Madrigals book I & II van John Zorn op 4 november 2017 in de Grote Kerk

Madrigalen
Madrigalen zijn seculiere composities voor een aantal stemmen dat varieert van twee tot maximaal acht. De zang wordt niet door instrumenten begeleid. Oorspronkelijk zijn Madrigalen in Italië ontstaan. Ze hebben een vrij lange geschiedenis van ontwikkeling, waarbij ze in de Renaissance een hoogtepunt kenden.

De Amerikaanse John Zorn heeft diverse Madrigalen geschreven. Zijn boeken I en II werden in de Grote Kerk door zes zangeressen uitgevoerd. Zijn Madrigalen kenmerken zich door een hoog tempo van afwisseling in klanklijnen en ontwikkelingen van akkoorden, waarbij wringende dissonanties en prachtige Renaissance aandoende klanken elkaar opvolgen en balanceren.

Dat leidde tot een uitdagende structuur waarin de rust van het bekende snel wordt onderbroken door de onverwachtheid van het onbekende. Soms doen de akkoordstructuren aan de muziek van Philips Glass denken. Luistert u maar eens naar diens filmmuziek KOYAANISQATSI.
Maar John Zorn neemt het een stuk verder, de loopjes zijn sneller en virtuozer zodat er een nieuw klankbeeld ontstaat. De zes stemmen creëeren wonderlijke samenklanken door vlug na elkaar tonen van complexe akkoorden in te zetten, op zo’n manier dat er een stuwende cadans ontstaat, die je als luisteraar meesleurt in een feest van wat de menselijke stem kan bereiken.

John Zorn, Madrigals book I & II in de Grote Kerk
Grote Kerk op Kerkplein

Zuiverheid
Dit vereist wel uiterste zuiverheid in de uitvoering en een zeer ontwikkeld ritmisch samen zijn. Vandaar dat de zangeressen ieder voor zich om de minuut een stemvork tegen het oor hielden. Het resultaat was daarmee een briljante uitvoering waarvan ik me regelmatig afvroeg of er niet toch stiekem een synthesizer in het spel was.
Maar nee, de dames zongen onversterkt en vulden met hun stemmen de hele kerkzaal. Ook de leiding over het sextet wisselde voortdurend, telkens gaf een andere zangeres een teken dat een strofe voorbij was of dat er een inzet moest komen, waarna die zeer goed gecoördineerde werd uitgevoerd.

Dit was een prachtige gelegenheid om kennis te maken met Zorn’s muziek, en de aanwezigen waren terecht vol lof. Ikzelf werd meegevoerd op de stroom van zich ontwikkelende akkoorden, supersnelle loopjes en altijd aanwezige cadans. Een ervaring uit een andere wereld.

Een puntje waaraan denk ik gewerkt zou kunnen worden was de verstaanbaarheid van gesproken taal. Dat werd zonder versterking gedaan en zowel de aankondiging van wie de dames waren als een stuk voorgedragen tekst tijdens de uitvoering was alleen maar op de voorste rijen te verstaan. Wellicht zaak om bij volgende optredens te overwegen.